< Inleiding  
Dag 1 - Zat 16 / Zon 17 maart Jetlag in een tempel
ZonnigHalf bewolktBewolkt
KLM-vlucht Amsterdam - Osaka
Treinreis naar Koyasan
Klik hier voor alle foto's van deze dag in een diashow / Click here for all pictures of this day in a slideshow.
Zaterdag 16 maart
Mijn geliefden zwaaien me uit op Schiphol. We eten eerst nog wat in het restaurant boven en dan is het zover. Het valt niet mee: 'Partir c'est mourir un peu'. Vooral Tycho heeft het er moeilijk mee, hij zegt dat hij me heel erg gaat missen. Er vloeien de nodige tranen...
En daar zit ik dan bij Gate E22 op de securety check en boarding te wachten. Hier zitten natuurlijk ook veel Japanners te wachten en kan ik mijn Japans al wat oefenen. Mijn grote avontuur gaat beginnen...

Het vliegtuig vertrekt stipt op tijd: 14.40 uur. Ik heb een comfort stoel met extra beenruimte (kost wel € 140 extra). Ik zit naast een man uit Kobe, die goed Engels spreekt, hij doet iets internationaals in de kernenergie. We praten af en toe wat, ook over de henro. Daar weet hij alles van en hij wenst me veel sterkte en dat Kūkai me beschermen zal. We wisselen visitekaartjes uit. (Een paar dagen krijg ik een mail van hem: Mocht je ooit hulp nodig hebben tijdens je henro, aarzel dan niet mij te bellen of te mailen).

Ik vermaak me verder prima met de film 'Alles is Familie' en slaap daarna een paar uur dankzij 10 mgr. valium. Ik heb me van te voren wel zorgen gemaakt over de vlucht, omdat ik de week voor het vertrek bronchitis kreeg. Stel dat ik veel moet hoesten en het benauwd krijg. Ik heb reaktief astma en ben dus extra vatbaar. Op dringend aanraden van mijn huisarts slik ik sinds 3 dagen antibiotica, prednison en codeïne. Ik moet ze 10 dagen gebruiken. Maar gelukkig hoest ik nauwelijks tijdens de vlucht, de medicijnen werken goed.
Afscheid op Schiphol
Tycho heeft het er moeilijk mee...
Tycho heeft het er moeilijk mee...
Zondag 17 maart
We komen een uur eerder aan op Osaka dankzij wind mee: 8.40 uur. Het is hier mooi weer: zonnig, strak blauwe lucht. Ik doe het rustig aan, als ik mijn koffer heb ga ik eerst pinnen. Ik neem ¥60.000 op (= €480). Daarna vraag ik informatie over de trein naar Koyasan. Het personeel is erg aardig en behulpzaam en ze spreken allemaal Engels. Ik koop een kaartje voor ¥ 1740 en neem de trein van 10.44 uur naar Namba.
Alles gaat soepeltjes, zonder gestress, alles komt me vertrouwd op me over. In de trein zit ik naast een jonge vrouw en we raken in gesprek. Zij spreekt ook goed Engels, ze is reisleidster en heeft in Australië gewerkt. Ze weet me precies te vertellen hoe mijn reis naar Koyasan verder gaat. Ze wenst me goede reis en veel geluk met de henro. En natuurlijk gaan we samen even op de foto!
De reis duurt bijna 3 uur. Eerst door Osaka en daarna door voorstadjes met veel lelijke huizen en flats, alles lijkt altijd kriskras door elkaar te staan in Japanse steden, zonder kraak of smaak. Maar toch heeft het een bepaalde charme, juist door die rommeligheid met overal die elektriciteitskabels. In Namba moet ik overstappen op de trein van 12.02 uur naar Hashimoto. Ik heb wat tijd over, bekijk een paar winkels en koop bij de stationskiosk 2 onigiri. Dat is een driehoekig pakje gekookte rijst verpakt in nori (het zeewier dat ook om sushirolletjes zit) met in het midden een zoute pruim, een stukje zalm of bonitovlokken. Ze zijn ingenieus verpakt in een plastic velletje, dat zo gevouwen is dat de rijst pas na 't uitpakken met de nori in aanraking komt. Ik ben daar dol op en ga het de komende tijd vast en zeker veel eten, vooral als lunch. Het is het Japanse equivalent van ons verpakte broodje kaas of ham.
We komen over een paar rivieren en langzaam verandert het landschap in heuvels met steeds minder bebouwing. Daar zie ik de traditonelere huizen weer met die mooie pannendaken. En ik zie bloeiende bomen, het voorjaar is hier begonnen. In Hashimoto staat de trein naar Gokurakubashi al klaar, het is een mooi ritje door steeds hogere bergen en langs diepere dalen.



Het laatste stukje naar Koyasan gaat 10 minuten steil omhoog in een cablecar, die staat al klaar en boven aangekomen kan ik ook zo weer overstappen in de bus naar de tempelplaats Koyasan. Hoe gaat het ook alweer in de Japanse bussen? Je trekt bij het instappen een kaartje met het nummer van de halte waar je instapt. Op een bord boven de chauffeur zie je bij dat nummer het bedrag staan als je uitstapt en je betaalt in een automaat naast de chauffeur. Je gooit er gepast geld in en als je dat niet hebt wisselt dat ding ook briefjes van 1000 yen.
Ik moet eruit bij halte 9, Kurakayado, dat is vlakbij de tempel waar ik de eerste 3 nachten slaap: Ekōin.
Om 14 uur sta ik voor de ingang van tempel Ekōin, waar ik 2 nachten heb gereserveerd in de shukubo. Ik ben helemaal blij als ik zie hoe het er uitziet. Het is precies zoals ik verwachtte. Kobu, een goed Engels sprekende, jonge monnik ontvangt me. We mailden een paar keer na mijn reservering voor deze shukubo.
Hij legt me alles uit, het gemeenschappelijk bad, ofuro, gaat om 16 uur open en om 17.30 krijg ik het avondeten op mijn kamer. Hij brengt me naar mijn kamer door een doolhof van gangen en trappen. Dat zal vast wel even zoeken worden en af en toe verdwalen in het begin. Ik heb een mooie kamer met uitzicht op de binnentuin, heerlijk rustig.
Ik rommel wat met mijn bagage, pak paar dingen uit. Trek mijn kleren uit en doe de yukata (katoenen kimono) aan met een kort jasje erover. Ik sorteer mijn paparassen, terwijl ik o-cha (groene thee) drink aan de kotatsu, een lage tafel met verwarming eronder en een deken rondom. Slaap overvalt me en ik leg wat zitkussens naast elkaar onder de tafel en val zo in slaap, lekker warm onder de kotatsu. Ik slaap tot 16 uur en als ik naar de ofuro (gemeenschappelijk bad) loop, hoor ik van een andere gast, een meisje uit Mexico, dat er storing is in de boiler en het bad pas om 18 uur open gaat. Ik blijf even met haar praten, het is een vlotte en interessante meid, jammer genoeg gaat ze morgenvroeg al weer weg.
Ik maak een korte wandeling door de binnentuin op geta, hoge houten slippers, ze staan voor mijn kamer op de veranda. Heel voorzichtig stap ik op de stenen, want het loopt niet makkelijk als je dat niet gewend bent. Ik geniet van de stilte en de sfeer in de tuin.
Om 17.30 uur wordt het diner geserveerd op mijn kamer door twee jonge, vrolijke monniken. Twee kleine tafeltjes vol schaaltjes met lekkere hapjes, een flinke kom rijst en potje o-cha erbij. Het eten is hier vegetarisch: misosoep, tofu, allerlei groentes, ook in tempura. Het smaakt heerlijk en het is meer dan genoeg. De rijst krijg ik niet eens op. Ik zet een klassiek muziekje op: The Lark Ascending van Williams. Dat past goed bij mijn stemming. Ik voel me een beetje in hogere sferen.
Na het eten ga ik in de o-furo. Ik heb er het rijk alleen en geniet uitgebreid van het hete bad.
Als ik terugkom hebben de monniken de tafeltjes weggehaald, een futon neergelegd en opgemaakt. Het is, zoals als Kobu-san me liet zien, een extra dikke futon. Ze hebben hier onlangs stapels nieuwe futons aangeschaft. Wel zo prettig voor de buitenlandse gasten. Ekōin is 1 van de tempels hier die zich vooral richten op de buitenlandse gasten die een georganiseerde reis maken langs de tempelsteden Kyoto en Nara. Daar hoort vaak een dag of 2 in Koyasan bij. Ze organiseren wandelingen door Okunoin naar het mausoleum waar Kōbō Daishi ligt en leggen je van alles uit over het Shingon Boeddhisme als je daar in geinteresseerd bent. Je kunt ze zelfs boeken via Booking.com. Op die pagina staan mooie foto's van deze shukubo. Zo heet het gebouw waarin je slaapt in een tempel. Meestal heeft de shukubo een verbindingsgang naar de Hondō (de belangrijkste hal met het hoofdaltaar en de honzon.
Om 19 uur bel ik even met Jaap, vertel hem dat alles goed is gegaan en dat ik me kiplekker voel, maar nu wel moe begin te worden. Daarna lees ik mijn mails en een paar beantwoord ik. Ik heb beloofd dat ik maar 1 keer in de week een verslagje zal schrijven met foto's erbij, hetzij in een mail hetzij op Facebook. Jaap kan mijn mail doorsturen naar wie hij maar wil. Ik wil tijdens mijn henro zo min mogelijk bezig zijn met al die media. Maar ik kan het nu niet ineens loslaten. Ze hebben hier naast de ingang een kamertje twee computers en WIFI, dus ik daar zal ik zeker gebruik van maken tijdens mijn verblijf. Mijn bedoeling is om de komende twee maanden af te kicken van het hele internetgebeuren. Ik heb gezegd dat ik niet op mails zal reageren, alleen bij hoge uitzondering. Ik ben benieuwd of dat me gaat lukken...


Ik ga om 20 uur naar bed, neem 1 codeïne en 5 mgr valium (mother's little helper!), wie weet slaap ik daar de hele nacht op door. Morgen vroeg op voor de ochtenddienst om 7 uur in de Hondō. Daarna is er om 7.30 in een andere hal het Goma Vuurritueel.
Ik slaap tot 1.30 en ben dan klaarwakker. Tja... jetlag. Daar heb ik altijd last van. Daarom besloot ik hier de eerste 3 dagen te blijven, om te acclimatiseren en om rustig te herstellen van de bronchitis.
Ik dwaal wat door de gangen van de shukubo. Alles is stil en donker, hier en daar brandt een klein lichtje. Normaal gesproken zou ik het een beetje eng vinden. Angst voor spoken, een oude kinderangst in een vreemde omgeving in het donker, maar hier voel ik me veilig en geborgen. Terug op mijn kamer drink ik een kopje o-cha, eet van de dropjes, die Noëlle me meegaf. Lekker, dat was een goed idee van mijn lieverd! Ik luister naar muziek, eet nog een onigiri en lees in het boekje van Deepak Chopra: Balans in je leven. Ik doe de lichaamstype test van de Ayurveda: ik ben een tweedosha type, pitta-vata. Dat klopt wel aardig als ik de beschrijving lees. Om 4 uur probeer ik het weer en gelukkig slaap ik door tot half 7.
Klik hier voor alle foto's van deze dag in een diashow / Click here for all pictures of this day in a slideshow.
< Inleiding